Overslaan en naar de inhoud gaan
x
eetstoornis

Veelvuldig verhuizen als trigger

Veelvuldig expatriëren is een emotionele roetsjbaan van aankomen en opnieuw vertrekken, nieuwe vrienden maken en afscheid nemen. De impact is groot. Ingrijpende gebeurtenissen triggeren bewust en onbewust ons gedrag. Jongeren in hun identiteitsontwikkeling zijn hier extra vatbaar voor. Hoe ga je als ouder in deze context om met een tiener die zich slecht in zijn vel voelt? En dat op een moment waarop je soms zelf niet weet hoe je die nieuwe uitdaging moet aanpakken? Bepaalde tieners zoeken dan een houvast in iets waarover ze wel controle hebben, zoals wat ze eten. “Door af te glijden in anorexia bevriezen sommige jongeren hun identiteitszoektocht om de emoties waarop ze geen vat hebben niet langer te ervaren”, duidt Pat Annicq. Als arts gespecialiseerd in eetstoornissen begeleidt ze een groeiend aantal expatjongeren. Ze deelt haar inzichten, reikt ons enkele handvaten aan en vraagt ouders in de spiegel te kijken.

Grote fractuur

Opgroeien in het buitenland overstelpt ons met prikkels. Niet voor niets staat verhuizen in de top drie van de meest stressvolle gebeurtenissen in een mensenleven. Hoe vaak schrijven we in dit magazine wel niet over de flexibiliteit en de schijnbaar aangeboren openheid van expatjongeren. Niet zelden schetsen we hen als veerkrachtig voor hun leeftijd. “Nochtans laten we de vanzelfsprekendheid ervan best achterwege. Je hebt immers niet per definitie een persoonlijkheid die zich gemakkelijk aanpast aan de nieuwe omstandigheden als je in het buitenland woont”, weet Pat Annicq. “Elke verhuizing is voor de ouders, maar zeker ook voor hun (adolescente) kinderen een grote fractuur tussen afscheid nemen en opnieuw kennismaken. Het is één lange stresssituatie, waarmee we allemaal verschillend omgaan, en die in sommige gevallen zou kunnen leiden tot problematische gezondheidssituaties. Ik zie een grote rol weggelegd voor de ouders. Als volwassene kan je jezelf opnieuw programmeren, maar als zestienjarige is dat veel moeilijker. Het kan soms heel erg eenzaam zijn als tiener. Het is goed als jongeren het gevoel kunnen krijgen dat ze zonder vooroordelen, altijd en voor alles bij hun ouders terecht kunnen. Jammer genoeg bieden we dikwijls hulp aan vanuit ons eigen gedachtegoed in plaats vanuit de denkwereld van de tiener.”

Schurende scharnieren

Elke verhuizing is een nieuw scharnierpunt. Extra uitdagend is het terugkomen naar België, zowel met als zonder ouders. Voor velen die kiezen voor hogere studies in België, voelt het niet noodzakelijk als thuis, ook al lijkt het dat voor de buitenwereld wel. Dat maakt die verhuizing naar het thuisland van de ouders misschien nog de moeilijkste van allemaal, net omdat ze zo onnatuurlijk voelt. “Sowieso vergt het aanvatten van hogere studies al een dosis flexibiliteit, de culturele aanpassing geeft er nog een extra dimensie aan. Stel het je maar voor, opgroeien in diverse werelddelen en uiteindelijk in Vlaanderen studeren, zonder het gevoel te hebben dat je wortels er liggen. Je wordt ondergedompeld in een wereld die niet geacht wordt ‘nieuw’ te zijn. Bovendien is er vaak geen erkenning van de bijzondere omstandigheden. Net zoals buitenlandse studenten in België begeleid worden, zouden ook expatjongeren ondersteund moeten worden. Want zeker als de ouders in het buitenland blijven, valt een ‘thuiskomen’ weg.”

Dubbele loopbaan

Pat AnnicqHet gezinsaspect verdient een groot gewicht in het beslissingsproces. In aanloop naar een expatriatie wordt doorgaans wel nagegaan of dit wel het beste idee is voor de kinderen, maar mogelijks is er soms een risico dat de impact onderschat wordt? “Belangrijke overwegingen kunnen zijn: is het als koppel de bedoeling om allebei voltijds te werken? Heeft men er zicht op of de kinderen meer aandacht nodig hebben? Misschien is het aangewezen om het gezin en zichzelf de tijd te gunnen tot het nieuwe leven op wieltjes loopt? Is dat realiseerbaar of is de druk van de werkgever te groot? Welke flexibiliteit wordt er aan de ouders gegeven mochten de kinderen het moeilijk hebben om zich aan te passen? Geeft de werkgever de tijd en ruimte om een nieuwe ‘thuis’ te creëren die veilig thuiskomen toelaat en waar in de eigen moedertaal alles kan gedeeld worden, zowel de leuke als de moeilijke ervaringen van de dag?” Als ouder heeft men gekozen voor een verblijf in het buitenland en ervaart men het vaak zelf als een rollercoaster. Het verschil is wel dat zij er doelbewust voor kozen, inclusief het bijhorende engagement. “Het wordt niet evident als ouders de impact van hun keuzes en gedrag op hun kinderen moeilijk kunnen inschatten of erkennen.”

Vanzelfsprekendheid

“We moeten onszelf willen en durven in vraag stellen. Het is een fundamenteel recht van het kind dat ouders zorgdragen voor hen en hen de nodige prioriteit geven. Neem daarbij de flexibiliteit van de kinderen dus niet als een vanzelfsprekendheid. Vaak weten ze immers niet hoe zich uit te drukken. Uiteraard mogen ook ouders tonen dat ze het moeilijk hebben, maar het is niet oké als ze de verantwoordelijkheid (onbewust) bij de kinderen leggen. We beseffen dikwijls niet hoe onze kinderen onze woorden en handelingen interpreteren. Soms zullen kinderen hun ouders niet willen belasten omdat ook zij het zichtbaar moeilijk hebben. Soms kruipen ouders in een slachtofferrol met de idee van ‘ik kan nooit iets goed genoeg doen’. Het is bovendien niet altijd gemakkelijk om een tiener te laten spreken over zijn/haar emoties. Vaak verkiezen we een moment dat ons past, niet noodzakelijk de tiener. Of we komen heel vlug met oplossingen, wat de tiener niet altijd het gevoel geeft ‘gehoord’ te worden”

Prefrontale cortex

“Ouders missen soms de handvaten om begripvol met hun kinderen om te gaan. Zeker op een leeftijd dat hun hormonen alle richtingen uitgaan. Zolang ons logisch denken nog niet volgroeid is, overheersen emoties de ratio. Onze prefrontale cortex, vooraan in de hersenen, is de stuurman van ons brein, die ons helpt logisch te denken, nuances te maken en te interpreteren. De wetenschap toont ons dat deze pas volledig ontwikkeld is aan een leeftijd van 25 à 27 jaar. Wij rekenen zeer gauw op de maturiteit van adolescenten door logisch te redeneren met hen terwijl zij veelal emotioneel denken. Wie zo overspoeld is door emoties en geen houvast vindt, zoekt een anker. Copingmechanismen kunnen drugs zijn, alcohol, of te veel of te weinig eten; want het enige waarover we 100% controle kunnen hebben, is wat we in onze mond steken. Als ouder is het belangrijk te beseffen dat een eetstoornis een overlevingsmechanisme is als compensatie om niet meer overspoeld te worden door emoties die je niet kan plaatsen. Je kind kiest er niet voor, maar glijdt erin en ervaart het als een steun. Ouders raad ik aan aandachtig te zijn voor signalen en proberen te begrijpen in welke vriendenkring hun tieners zich bewegen. Want op een bepaald moment achten ze hun vrienden belangrijker dan hun ouders. Ook sociale media spelen een immens grote rol in hun identiteitszoektocht. Tieners gaan zich vaak met elkaar vergelijken. Ze willen erbij horen.”

Omgang als ouder

“Neem in rekening hoe jongeren omgaan met hun uiterlijk, voeding en kledij, maar ook hoe hedendaagse normen via sociale media verspreid worden. Dat heeft een grote impact op de keuze om erbij te willen horen. Als nieuwkomer in een groep kan je ernaar grijpen. Wie perfectionistisch of een people pleaser is, loopt een groter risico. Dat is natuurlijk moeilijk in te schatten, want veel jongeren grijpen sowieso naar sociale media om het gevoel te hebben erbij te horen. Voor tieners die overspoeld worden door emoties, bijvoorbeeld door een verhuizing, kunnen drugs, alcohol of een eetgestoord gedrag een mechanisme zijn om emoties langduriger niet meer te voelen. Men spreekt van een eetstoornis als het sociaal functioneren gestoord wordt, bijvoorbeeld als heel wat sociale momenten zoals uitgaan of feestjes afgezegd worden, vaak met een smoes zoals ‘ik heb te veel schoolwerk’ of ‘ik heb geen zin’. Het kind zal zich ook hoe langer hoe meer thuis terugtrekken op de kamer. Problematisch wordt het als je voelt dat jouw kind de eigen zoektocht en identiteitsontwikkeling op pauze zet. Het is nuttig als ouders dan de kans krijgen om samen met de therapeut mee betrokken te worden bij de therapie, want er zijn weinig ziektes die zo’n grote impact hebben op het hele gezin. Ze zien hun kind wegsmelten en voelen zich machteloos net omdat ze geen verbinding kunnen maken met hun kind in de eetstoornis. Hun kinderen gaan in vriesmodus.”

Geblokkeerd denkpatroon

“Bij anorexia nervosa gaan lichaam en geest in een winterslaap. Door onvoldoende energie gaat het lichaam in ‘overlevingsmodus’ waardoor men in een andere alertheid belandt. Wie vermagert, neemt minder energie op dan verbruikt wordt. Eerst voelt dit goed. Het duurt lang vooraleer men zich doodmoe voelt en ervaart te weinig energie te hebben. Vandaar vaak het langdurig ontkennen van het probleem. Gaandeweg wordt het denken en de identiteit stilgelegd en denkt een tiener: ’Ik moet niet meer met die emoties omgaan.’ Het hoofd dat alle stress niet aan kan, staat stil. Zowel fysiek als mentaal raakt het ondergesneeuwd. Door energietekort in de hersenen stellen we vaak vast dat men veel obsessiever wordt en vastzit in een enger denkpatroon. Het doel wordt ‘toch in iets goed te zijn door streng te zijn voor zichzelf’. De eetstoornis maakt het kind zelfdestructief. Ze zeggen wel ‘ik wil niet eten’, maar eigenlijk bedoelen ze: ‘ik ben het niet waard om te eten en ik durf niet te eten’. We spreken over een heel sterke ‘innerlijke criticus’. Het is belangrijk de ouders te informeren over deze eetstoornismindset en hen te leren communiceren met deze innerlijke criticus van hun kind, want ouders realiseren zich vaak niet dat hun goedbedoelde reactie eigenlijk de criticus, dus de eetstoornis, versterkt.”

“Noem de flexibiliteit van een expatjongere niet vanzelfsprekend.”

Emoties erkennen

Moeilijke emoties en/of pijnlijke ervaringen liggen niet zelden aan de basis van eetstoornissen. Belangrijk is deze te herkennen, te erkennen en handvaten aangereikt te krijgen om ermee te leren omgaan en ze te aanvaarden. Probeer ze niet te ontkennen. Een eerste stap is connectie leggen met de tiener, zodat hij of zij kan verwoorden wat er speelt. Probeer te achterhalen hoe het écht gaat. Veel ouders weten echter niet hoe echt in verbinding te treden met hun kinderen. Met te algemene vragen als ‘Hoe was het op school?’ zodra de tiener thuiskomt zal je je tiener zelden aan de praat krijgen. Er is al meer kans als je naar de beleving vraagt. Als het niet goed gaat, willen we heel snel weten waarom. Maar een tiener weet het meestal zelf niet. En als een kind zegt dat het verdriet heeft, dan zullen we het veelal geruststellen met: het gaat wel over. We moeten durven en leren erkenning geven aan die emoties van ons kind. We hebben het vaak moeilijk om onze kinderen hun emoties te leren benoemen. Soms hebben we de neiging om ze te minimaliseren of bieden we direct een oplossing aan. Er wordt ook vaak op het gedrag gereageerd in plaats van te peilen naar de oorzaak erachter. Waarom hult iemand zich in stilzwijgen of reageert iemand boos? Als we een opmerking maken over de toon, is er kans dat dit escaleert en we weg zijn van het echte probleem dat de boosheid triggerde.”

Dr. Pat Annicq omarmt patiënten en hun ouders met oplossingsgerichte communicatie en psychotherapie. “Ik vind het belangrijk om verder te kijken dan alleen het eetgestoord gedrag. Aandacht geven aan de mindset van iemand die erin belandt is cruciaal en dit zowel door middel van individuele sessies als door de ouders mee te betrekken in dit traject.” Haar vzw Empathie ondersteunt therapie van patiënten.

Auteur:
Koen Van der Schaeghe