Verliefd, verloren - Een verhaal van passie, naïviteit en verlies
Wat als je figuurlijk getroffen wordt door blindheid en de liefde je leidt naar de andere kant van de wereld? Wat als het sprookje begint met een romantisch aanzoek na slechts twee lange ontmoetingen, maar eindigt in onbegrip, opboksen tegen de familieclan, financiële zorgen, een juridisch kluwen en vooral: het gemis van je kinderen? Een Belgische man deelt anoniem zijn relaas over een bewogen relatie, die begon op een vlucht en uitmondt in een emotionele strijd om zijn dochters. Dit is een verhaal van goedgelovigheid, doorzetting en de wil om te “doen werken wat niet werkt”. Of hoe de liefde je op een moeilijk pad kan brengen.
Een flitsend begin
"We ontmoetten elkaar in 2012 op een intercontinentale vlucht. Mijn uiteindelijke bestemming waren vrienden die ik ging bezoeken. In het vliegtuig vonkte het meteen, al verliep het verre van moeiteloos. Ik heb haar stap voor stap moeten veroveren. Uiteindelijk stemde ze in met een bezoek aan België. Ik droeg alle kosten, maar zelfs toen vond ze dat ik niet genoeg moeite deed. Misschien had ik toen al moeten voelen dat de balans scheef zat. Ik vloog vervolgens voor een maand naar haar. En zij terug naar Europa. Ik heb haar dan in 2014 ten huwelijk gevraagd op citytrip naar een Europese hoofdstad na elkaar twee keer een maand gezien te hebben", vertelt hij.
Het klinkt als een sprookje of een gewaagde daad uit pure verliefdheid. Ze trouwden in haar thuisland, waar hij drie weken voor de plechtigheid naartoe reisde. Een week later ontsnapte hij ternauwernood aan de dood bij een zwaar auto-ongeluk tijdens zijn vrijgezellenavond. “We vlogen letterlijk uit de bocht en hoewel ik de enige nuchtere inzittende was, kreeg ik het stuur niet in handen. Na afloop werd ik weggezet als een drama queen. Ik belandde pas 24 uur later met inwendige bloedingen op de operatietafel en werd met spoed geopereerd door een chirurg. Alsof men mijn buik met een rits heeft opengemaakt, zo ziet het litteken eruit." De revalidatie duurde maanden, maar het huwelijk ging door. De verlovingsring die hij voor haar had gekocht, werd in het ziekenhuis gestolen; symbolisch voor wat later zou volgen.
Aanpassen en opofferen
Na hun huwelijk vestigde het koppel zich in België. Hij herstelde er nog een half jaar thuis van het ongeval. Intussen bleek zijn echtgenote in verwachting en in januari 2016 verwelkomden ze hun eerste dochter. Tegelijkertijd kwam de roep van het thuisland. Haar familie drong aan op een terugkeer en uiteindelijk gaf hij toe, zegde zijn job op en ze verhuisden in juni 2016.
“Men vroeg mij om ook mijn huis in België te verkopen, maar daar hield ik het been gelukkig stijf. Financieel bleek de verhuis een zware dobber. Ik werkte een tijdlang als leraar, maar mijn kleine inkomen werd opgeslorpt door de familie-uitgaven en een dure levensstijl. Het bleek onhaalbaar en na een half jaar zocht ik een nieuwe job in België. In februari 2017 verhuisden we opnieuw naar België en startte ik een boeiende job bij een boekhoudkantoor. Voor Vlamingen en Nederlanders met vastgoed in Spanje verzorgde ik belastingaangiften en verhuurdocumenten. Ik had de hele procedure geautomatiseerd, waardoor ik mezelf overbodig maakte. In één week tijd kreeg ik mijn C4 en bleek dat ik voor een tweede keer vader zou worden.”
De illusie barst
“Ik vond een nieuwe werkgever en engageerde me om in België te blijven. Maar in aanloop naar de bevalling werd duidelijk dat ze zou terugkeren naar haar thuisland, met of zonder mij. Er werd ons een huis en bouwgrond beloofd. Hoewel mijn alarmbellen moesten afgaan, vond ik niet dat ik kon achterblijven als ik een goede vader wilde zijn. Maar ik vreesde ook de financiële gevolgen. Buiten West-Europa is er niemand die je een cent zal geven als je zelf niets meer hebt. Gelukkig kon ik met mijn werkgever mijn contract omzetten naar een hybride lokaal contract, waardoor ik ook in het thuisland van mijn vrouw kon werken.”
“De botsende verwachtingen over gezinsrollen, financiën en de invloed van familie bleken onverenigbaar.”
“In april 2018 werd onze tweede dochter geboren en volgden nog enkele relatief mooie jaren, ook al leefden we het eerste jaar haast voltijds bij mijn schoonouders, waar ook nog een andere zoon met zijn gezin woonde. Ik was Mr. Cash voor een gezin van tien en werd het beu dat alles wat ik betaalde, opgesoupeerd werd. Na een jaar zei ik tegen mijn vrouw: “Het maakt mij niet uit waar, maar we gaan alleen wonen.” Het beloofde huis zou er toch nooit komen. Ik probeerde opnieuw controle te krijgen over mijn leven door met ons vieren alleen te gaan wonen, met een auto en alles om de kinderen gelukkig te houden: trampoline, buitenspeeltuin, ... De druk bleef en schulden stapelden zich op, discussies over geld en autonomie werden dagelijkse kost.”
Het kantelpunt
“Mijn schoonfamilie mengde zich voortdurend in ons leven. Het droombeeld van huisje-boompje-tuintje veranderde in een nachtmerrie. Mijn schulden waren de mijne, maar ook die van haar werden de mijne. Het was allemaal de verantwoordelijkheid van de man. Vooral de keuze voor een dure privéschool bleek een vergiftigd geschenk. Wat startte onder het voorwendsel van een betere toekomst, werd een langzame ontsporing. Aan de schoolpoort raakte zij bevriend met kapitaalkrachtige(re) moeders, waaraan ze zich spiegelde en wier levensstijl ze overnam. Wat begon als een schoolkeuze, werd al snel een manier van leven voor mijn vrouw die we ons eenvoudigweg niet konden veroorloven. Mijn rol werd herleid tot die van sponsor, een partner was ik al lang niet meer. Terwijl onze schulden zich opstapelden, zocht zij heil bij een man die haar almaar duurdere smaak wel kon betalen.”
Terwijl de teleurstellingen zich opstapelden, ontdekte hij toen ze in België waren tijdens een terugkeermoment voor het bedrijf via de beveiligingscamera’s dat zijn schoonouders in zijn afwezigheid feestjes hielden in hun huis. Het raakte hem diep en het was een breekpunt. “Toen mijn vader het gesprek aanging over het financiële eenrichtingsverkeer, viel dat bij haar slecht. Zo vertrokken we, met meer spanning dan woorden, in ruzie terug naar haar thuisland." De scherpe culturele verschillen lagen helemaal bloot: de botsende verwachtingen over gezinsrollen, financiën en de invloed van familie bleken onverenigbaar.
Achterblijver
Maanden later blikt de Belgische vader terug. Hij voelt zich een achterblijver in eigen land. “In het najaar van 2024 trok ik een grens en draaide ik de kraan dicht. Geen geld meer zonder overleg, geen medewerking aan een relatie die steunde op afhankelijkheid en emotionele manipulatie. En onmiddellijk ontplofte de bom. Mijn ouders hadden al langer een trip geboekt en toen heb ik alles op tafel gelegd: onze financiële problemen, de manier waarop ik telkens opnieuw tegen een muur botste als ik iets ter sprake bracht.”
Haar moeder weigerde zelfs aan tafel te komen zitten. Geen enkel onderwerp bleek bespreekbaar, niet het familiale, niet het financiële. “Alles was zogezegd noodzakelijk: van kappersbezoek tot luxe-uitjes, van designerkleding tot dure restaurants. Haar omgang met geld stond haaks op de mijne. Zelfs het voorstel om ten minste één weekend op twee met enkel ons gezin van 4 door te brengen, los van haar allesbepalende familie (mijn schoonfamilie), werd ervaren als een vijandige daad. Alles draaide om haar familie, nooit om de mijne. De reactie was hevig. Kort erna mocht ik het huis niet meer binnen. Van de ene op de andere dag mocht ik mijn kinderen niet meer zien. Er was geen gesprek meer mogelijk, alle redelijkheid was weg. Mij resteerde de terugkeer naar België.”
Hoederecht
Intussen is de internationale scheidingsprocedure gestart, inclusief juridische onzekerheden: een lokale rechtbank, internationale obstakels op het vlak van familierecht en alimentatie-eisen die hoog oplopen, zelfs naar Belgische normen. Maar het grootste verlies overstijgt geld, het is het contact met zijn dochters dat hem het meest raakt. "In het ergste geval zie ik hen pas terug als ze achttien zijn. Wettelijk mogen kinderen vanaf hun veertiende kiezen bij wie ze willen wonen, maar tegen dan zijn ze wellicht volledig verankerd." Die gedachte vreet aan hem. Toch blijft hij vechten, voor het behoud van een band die nooit had mogen breken.
“Ik weet dat ik het hoederecht niet zal krijgen. Maar ik wil mijn dochters blijven zien. Ik wil hen minstens één keer per jaar, voor een langere periode, kunnen tonen dat ik er ben. Waarom zou ik anders alimentatie blijven betalen? Misschien kan ik het betalen, maar niet onder deze voorwaarden. Niet zolang elke vorm van communicatie wordt geweigerd, niet zolang ik volledig buitengesloten word uit hun leven, niet als financieel verlengstuk van een levensstijl die ik niet wil dragen. Intussen probeer ik gewoon recht te blijven staan in de storm.”