Overslaan en naar de inhoud gaan
x
Theo Dirix

Column: Déjà vu en jamais vu

Volgens sommigen zouden de ‘verschijnselen’ déjà vu en jamais vu elkaars tegengestelde zijn. Beide zijn Franse leenuitdrukkingen, wereldwijd gebruikt en in het Nederlands vertaald als: ‘al gezien’ en ‘nooit gezien’.

Toch is het ingewikkelder dan dat. Anders zou ik er hier niet over beginnen. En maakt u zich vooral geen zorgen: ik ga hier geen boekje over uw psychologie opendoen.
Toch zou zich, bovenop het nuchtere en objectieve van jamais vu, ook een twijfel nestelen tussen het zien of voelen van iets nieuws vermengd met de vage herinnering eraan. In de zin van: ‘aha, maar waarom is me dat dan eerder ontgaan?’ Of, ‘ben ik het vergeten misschien?’ Wat dan overgaat in: ‘zou ik het eerder toch al niet gezien hebben, déjà vu in het Frans?

Déjà vu, daarentegen, is het gevoel dat u iets al eens hebt meegemaakt maar daarbovenop beseft dat het eigenlijk niet kan. Het is werkelijk ongezien, jamais vu, dat ik dat al eens heb gezien.

Tegengesteld en verwant, de nuances alvast verwarrend, en mijn badinerend toontje is niet erg nuttig. Laat me daarom eens iets anders proberen.

Onlangs kwam ik onverwacht op een plek waar ik inderdaad zowel het één als het ander heb ervaren. Toch was ik daar nooit eerder geweest. Dat is het enige waar ik zeker van ben. De rest verdronk in twijfels: wat is me dat voor een plek, als vraag èn als uitroep. Alle decorstukken stonden precies op hun plaats, daar waar ze nergens anders zouden kunnen staan. Wild en tegelijk harmonieus. En dan dat licht! Zachtjes en tegelijk scherp, zo zuiver als een draaischakelaar het nooit zou krijgen.

Tot zover een goedkoop streepje poëzie, maar dat helpt ons blijkbaar ook geen stap vooruit. Tenzij u denkt dat ik een loopje met u neem.

Nochtans ben ik er zeker van dat u, die vaak reist of voortdurend onderweg bent of in het buitenland woont, al eens precies hetzelfde hebt meegemaakt als ik. Stapt of rijdt u maar eens even met me mee. Na een steile helling richting lucht, bovenop een bergrug, nemen we een lome bocht en komen dan als uit de coulissen tevoorschijn, waar monden openvallen van wat daar te zien is.

Ik geef het niet graag toe -de geregelde lezer van deze columns weet dat ik een vals opgewekte en dus veeleer donkere jongen ben- maar wat me daar, op die plek, door het hoofd ging, was du jamais vu, een déjà vu van vreemd en vertrouwd tegelijk. Misschien wel iets wat op geluk lijkt: vallen op een plaats waar alles op zijn plaats valt.

Auteur:
Theo Dirix